Cowboys en het Nationaal Keurmerk Letselschade
Cowboys en het Nationaal Keurmerk Letselschade
In mijn vorige blog kwamen de cowboys in de markt al even aan de orde. Dit zijn in de regel niet-gekwalificeerde belangenbehartigers die de vergoeding van hun kosten belangrijker vinden dan het belang van hun cliënten. En aangezien de verhouding tussen de buitengerechtelijke kosten en de schade redelijk dient te zijn, zijn er vaak lange discussies tussen de verzekeraars en de cowboys over de omvang van de buitengerechtelijke kosten. Het beroep van belangenbehartiger is geen beschermd beroep. Dit betekent dat eenieder letselschadeslachtoffers kan bijstaan, ook indien diegene geen vakinhoudelijke kennis of opleiding heeft. Er gaan daarom stemmen op om het beroep van letselschadebehandelaar een beschermd beroep te laten zijn. Een belangenbehartiger zou dan een bepaalde opleiding moeten hebben gedaan of aangesloten moeten zijn bij een bepaald keurmerk.
Tot op heden willen de verantwoordelijke bewindslieden in Den Haag nog niet aan extra regulering voor professionals die letselschadeslachtoffers bijstaan. Door deze bewindslieden wordt al lange tijd vertrouwen uitgesproken in het zelfregulerende vermogen van de letselschadebranche. In de afgelopen decennia is er een tal van verenigingen, stichtingen en belangenclubs opgericht. Zo is er onder andere het NIVRE, de Letselschade Raad, het PIV (het Personenschade Instituut van Verzekeraars), de NLE (Nederlandse Letselschade Experts), de LSA (de vereniging voor Letselschadeadvocaten) en de ASP (de vereniging van Advocaten voor Slachtoffers van Personenschade). Al deze organisaties hebben de kwaliteit van de schaderegeling hoog in het vaandel staan en willen kwaliteitswaarborgen bieden. Deze organisaties verwijzen ook naar elkaar. Dit is ook niet zo raar aangezien werknemers van de deelnemende leden geregeld het bestuur vormen van één van de andere organisaties. Sommige kantoren zijn aangesloten bij wel drie of vier belangenorganisaties. Kruisbestuiving, netwerkbijeenkomsten en seminars zijn natuurlijk leuk en ook prima voor de kwaliteit van een letselschade expert maar is het voor slachtoffers duidelijk waar zij het beste terecht kunnen?
Waar moet een slachtoffer in deze wirwar van kantoren met verschillende kwaliteitswaarborgen op letten indien hij een keuze moet maken voor een belangenbehartiger?
Per 4 januari 2021 is door de Letselschade Raad het Nationaal Keurmerk Letselschade (NKL) gelanceerd. De bedoeling van dit keurmerk is dat slachtoffers op één plek een lijst van partijen kunnen vinden die de belangen van mensen met letsel op een integere en deskundige manier behartigen. Saillant detail is dat de plek van deze lijst op de website van de Letselschade Raad staat. Waarom heeft het NKL geen eigen website?
Positief aan het NKL is dat het keurmerk kan worden verstrekt aan alle soorten partijen die bij een letselschadezaak betrokken zijn: advocaten, letselschade experts werkend voor slachtoffers, letselschade experts werkend voor verzekeraars, herstelgerichte dienstverleners en WA-verzekeraars. Het is één keurmerk voor de gehele branche.
Hoe kun je als kantoor dan lid worden van het Nationaal Keurmerk Letselschade? Voor een belangenbehartiger geldt onder andere dat je lid moet zijn van het NIVRE (één van de twee experts moet staan ingeschreven als NIVRE-expert) en je moet 500 uur per jaar aan letselschadezaken besteden. Verder moet je een beroepsaansprakelijkheidsverzekering hebben afgesloten. Als je als letselschade expert onverhoopt een beroepsfout maakt, dan kan het slachtoffer op een dergelijke verzekering terugvallen. En zo is er nog een aantal vereisten om de kwaliteit van een belangenbehartiger te waarborgen.
Wie controleert nu dat je als belangenbehartiger aan bovenstaande criteria voldoet? Dit is niet het NKL zelf maar een externe partij. Hiervoor is gekozen om de rollen binnen het NKL goed te scheiden. Na de eerste audit is er eenmaal per 3 jaar een nieuwe audit en er is één tussentijdse toetsing na anderhalf jaar.
De Letselschade Raad verleent de accreditatie voor de externe audits. Op dit moment werken de geaccrediteerde auditoren voor één partij. Je kunt je afvragen of er – in het kader van zelfregulering en marktwerking – niet meerdere partijen moeten zijn die de externe audits verrichten.
Wat in dit kader ook erg actueel is, is de normstelling en de accreditering van opleidingseisen. Het NIVRE stelt al decennialang de normen voor de te volgen opleiding van de NIVRE Register Experts. De Letselschade Raad, waar het NIVRE ook onderdeel van uitmaakt, heeft in haar beleidsplan van 2024 aangegeven dat zij de normen wil stellen voor alle functies binnen de letselschadebranche, dus ook die van NIVRE register expert. Daar hebben gesprekken over plaatsgevonden maar die hebben volgens het NIVRE niet geleid tot het gewenste resultaat. Belangen als kosten en duur van de opleidingen, aansluiting met andere opleidingen en doorstroom van medewerkers prevaleerden boven de kwaliteit van de opleidingen. Het NIVRE is van mening dat haar kernwaarden door deze ontwikkelingen worden bedreigd. In een brief van 9 februari 2024 heeft het NIVRE haar zorgen met haar achterban (de NIVRE register experts) gedeeld. Ook is er op dezelfde datum een brief met soortgelijke inhoud naar het bestuur van De Letselschade Raad gestuurd.
Bij mijn weten heeft De Letselschade Raad nog niet publiekelijk op dit schrijven gereageerd. De huidige ontwikkelingen laten zien dat de zelfregulering in de letselschadebranche niet zonder slag of stoot plaatsvindt. Wordt het niet eens tijd dat de overheid nu echt eens de problematiek van de cowboys oppakt en de rollen binnen de letselschadebranche strakker aan specifieke organisaties toebedeelt? Of is dit niet nodig en gaat de dialoog tussen het NIVRE en De Letselschade Raad (en andere partijen) op termijn zorgen voor een voor alle partijen bevredigende oplossing?
Ondergetekende is NIVRE Register Expert en kijkt al jaren sceptisch aan tegen de hoeveelheid belangenverenigingen in de branche. Tijdens het schrijven van deze blog heeft ondergetekende zich tóch ingeschreven als aspirant-lid voor het Nationaal Keurmerk Letselschade in de hoop en de verwachting dat dit Keurmerk de beste oplossing is voor alle partijen in de letselschadebranche die een kwalitatieve en integere letselschadebehandeling nastreven.
Rotterdam, 28 maart 2024
Rik van der Pols, NIVRE register expert